Actiemomenten en invallen

Nogmaals de actiemomenten
Allereerst de actiemomenten. Dit uit de drama-analyse afkomstige begrip is in fictieteksten een bruikbaar hulpmiddel omdat de actiemomenten de belangrijkste wendingen in een verhaal markeren. Je kunt ze onderscheiden in momenten in het heden ('Plotseling stond neef Gerard voor de deur.'), momenten in het verleden, waarbij personages nu pas ontdekken wat zich vroeger heeft afgespeeld, of toekomstmomenten, waarbij nu al bekend is wat er in de toekomst zal gebeuren. Ten slotte is er het wereldactiemoment, waarbij er gerefereerd wordt aan bekende feiten in het leven van het publiek, bijvoorbeeld de Tweede Wereldoorlog. De opeenvolgende actiemomenten vormen als het ware de ontwikkeling van het verhaal.
Soms wordt een verhaal beheerst door een hoofdthema (vaak een dreiging) dat voortdurend op de achtergrond aanwezig is, zoals bij 'De laatste oever' van Nevil Shute (een naderende nucleaire fall-out), of 'De Cirkel' van Dave Eggers (een volledig geautomatiseerde wereld).
Met het buiten de chronologie plaatsen van de actiemomenten is er spanning in het verhaal te brengen.

Invallen
Met 'invallen' worden hier tekstgedeelten bedoeld die de verhaallijn onderbreken, uitbreiden, ombuigen of frustreren.
Je zou daarbij aan de volgende 'invallen' kunnen denken:
  • reflectie; het hoofdpersonage bezint zich op de ontwikkelingen of zijn eigen rol daarin; het helpt de lezer duidelijk te maken waar het personage voor staat, wat hem beweegt en wat hij van de dingen (anderen) vindt.
  • een zijpad inslaan; terwijl een concertzaal langzaam bezet raakt, wordt de hoofdpersoon afgeleid door een folder/programmaboekje/brochure die hij leest; het brengt hem op andere gedachten. Ogenschijnlijk heeft wat hij leest niets met het concertbezoek te maken; later echter, blijkt de hier verkregen informatie wonderwel in het verhaal te passen.
  • nieuwe invallen; auteurs hebben hun verhaallijn dikwijls opgebouwd uit wat aanvankelijk slechts 'gevoelsbeelden' waren. Dat betekent natuurlijk niet dat al schrijvend de auteur niet opnieuw door deze beelden kan worden geraakt. Het kan zomaar in je opkomen dat er plotseling iemand voor de deur van het personage staat en aanbelt, terwijl de auteur er nog geen idee van heeft welke rol deze (onbekende) bezoeker in het reeds uitgedachte verhaal zal hebben. Niet zelden leidt dit tot de mooiste ontwikkelingen.
  • beschrijvingen van de omgeving, de natuur of gevoelens zijn natuurlijk informatief en beeld gevend aan het verhaal, ook kan dit, mits in de juiste toon geschreven, een bepaalde sfeer oproepen waarin de auteur zijn personages wil plaatsen.





Powered by webXpress